Franeker historie

In de gemeente Waadhoeke (vanaf 1 januari 2018), is de stad Franeker van oudsher het stedelijk middelpunt. Het centrum van Franeker bevat schitterende historische panden maar ook in de dorpen treft u historische panden of overblijfselen daarvan aan.

Kwelderstreken en terpen

Franeker heeft zich in de Middeleeuwen ontwikkeld tot de belangrijkste nederzetting van noordelijk Westergo. Dat gebied was een eiland, het werd omspoeld door de Waddenzee, de Middelzee en de Marneslenk. De kwelderstreken lagen onbeschermd voor een bij tijd en wijle onstuimig hoge zee en de bewoners trachtten lijf en goed veilig te stellen op de terpen. De streek rond Franeker was in de 11e/12e eeuw vermoedelijk het eerste gebied in Friesland waar een zekere vorm van openbaar bestuur werd georganiseerd. Ook vonden er de eerste experimenten plaats voor een nieuwe wijze van bescherming door dijkaanleg. Dit zorgde ook voor economische voorspoed: het land raakte zo minder verzilt en kon langer worden gebruikt.

Stadsrechten

Franeker had een belangrijke positie en was een aantrekkelijke plaats voor hoofdelingen, de tot bestuurlijke macht gekomen grootgrondbezitters. Zij bouwden in Franeker hun stinsen. Ambachtslieden en handelaren volgden. Franeker verwierf in 1402 marktrechten en spoedig werd het bestuur ook zo georganiseerd dat Franeker een stad genoemd kon worden.

Universiteitstad

In 1585 kreeg Franeker een universiteit. Tot 1811 kon men in Franeker theologie, rechten, medicijnen, klassieke talen, wijsbegeerte en wis- en natuurkunde studeren. De aanwezigheid van wetenschappers had een enorme uitstraling en hiervan profiteerden ook herbergiers, kooplieden en ambachtslieden. De stad trok beroemdheden als Descartes, prins Friso van Oranje, Peter Stuyvesant en niet te vergeten Anna Maria van Schurman.

De voormalige Academiestad is nu vooral bekend door het koninklijk Eise Eisinga Planetarium, het kaatsen (met name de PC), de historische panden en musea.